Cartografie en Amsterdam
De Nederlandse periode in de cartografie, van 1550 tot 1675
Tussen 1550 en 1675 heeft Nederland een grote hoeveelheid kaarten geproduceerd, onovertroffen in kwaliteit. Gedurende deze periode was Nederland, en in het bijzonder de stad Amsterdam, wereldleider op het gebied van de commerciële cartografie.
De overgrote meerderheid van de Nederlandse kaartproductie in deze tijd bestond uit een aantal losse kaarten waarvan er vele varianten bestonden. De eenvoudigste variant was een enkel blad papier, aan één zijde bedrukt. Bijna alle kaarten waren ca. 60 x 70 cm groot, als gevolg van het gebruikte papier en het productieproces.
Trends ter verfraaiing
Cartouches
Kaartenmakers probeerden hun kaarten zo aantrekkelijk mogelijk te maken door bijvoorbeeld opvallende illustraties en decoratieve titelframes, zogenaamde cartouches, toe te voegen. Zestiende-eeuwse kaarten uit Nederland worden vaak gekenmerkt door overdadige, met bloemen versierde cartouches en hoogdravende afbeeldingen van fruit en vogels. Deze stijl begon te veranderen aan het eind van de 16de eeuw.
Afbeeldingen
Een kaartenmaker uit Amsterdam genaamd Jodocus Hondius bedacht een nieuwe, decoratieve stijl. Hij illustreerde kaarten met een reeks afbeeldingen die op het gebied betrekking hadden, zoals een zicht over de stad, gekostumeerde personages en soms zelfs portretten van koningen. Al snel werd dit de nieuwe stijl van kaartdecoratie.
Grote wandkaarten ofwel muurkaarten
Het maken van kaarten op grotere afmetingen was gedurende lange tijd bijna onmogelijk. Men ontdekte echter een methode voor het produceren van veel grotere documenten: de cartografen verdeelden een kaart in een aantal delen, drukten deze afzonderlijk en plakten de kaarten dan samen op een ondergrond. Vanwege hun informatieve en decoratieve waarde, waren deze muurkaarten, ondanks de hoge kosten, zeer populair als wandversiering. Het waren echte prestigeobjecten.
De productie van deze grote wandplaten had zijn piek in het begin van de zeventiende eeuw. Elke zichzelf respecterende kaartenmaker en verzamelaar had minstens één kaart van de wereld, één set van de continenten en één van de zeventien provincies van Holland aan de muren van zijn huis.
De wandkaarten uit deze tijd zijn nu helaas vrij zeldzaam ondanks hun toenmalige populariteit. De kaarten werden vaak blootgesteld aan schadelijke elementen zoals zonlicht, vocht, rook en roet. Een aantal antieke (wand) kaarten zijn echter bewaard gebleven maar zijn helaas in slechte staat. Nog een veel kleiner aantal is door de inspanning van kaartverzamelaars in goede conditie gebleven. Het is aan hun inspanning te danken dat deze platen nog steeds hun oorspronkelijke pracht tonen.
De eerste atlas: Theatrum Orbis Terrarum (1570)
Een nieuw fenomeen in de commerciële cartografie was de atlas. De eerste soort atlas werd samengesteld door de cartograaf Abraham Ortelius in Amsterdam en was een verzameling losse kaarten die samen de hele wereld afbeeldde. De atlas kreeg de titel Theatrum Orbis Terrarum en werd gepubliceerd in 1570. Deze publicatie was meteen een succes en al snel werd de atlas populair onder de toenmalige elite.
Atlassen van Ortelius, Blaeu, Hondius en Janssonius
Met de komst van kaartmakers zoals Blaeu, Hondius en Janssonius werd nog meer voorzien in de vraag naar uitgebreide kaarten en atlassen. Rond 1630-1660 bereikte de productie van atlassen zijn hoogtepunt.
Eén van de meest bijzondere atlassen is die van Bleau (uitgever Van der Hem), waarvan het origineel in Wenen wordt gehuisvest. Bekijk de bijzondere video rondom het origineel waarvan waarheidsgetrouwe replica’s zijn gemaakt.
Atlas Amsterdam (De Graaf)
De Atlas Amsterdam is een omvangrijke atlas, gemaakt omstreeks 1705, door Isaak de Graaf. Deze opdracht kreeg hij van het hoogste bestuur van de Vereenigde Oostindische Compagnie (VOC). De Graaf stelde een atlas samen met een groots overzicht. De atlas bevatte kaarten van alle gebieden in Afrika en Azië die toen binnen de invloedssfeer van de VOC vielen. Deze VOC atlas, de eerste en enige die ooit in opdracht van de Compagnie is gemaakt, werd gebruikt als hulpmiddel bij het te voeren beleid. De atlas bestond uit één handgetekend exemplaar met twee gebonden delen. Deze bevatte 187 actuele en gedetailleerde kaarten met belangrijke bedrijfsinformatie en was daarom geheim. Na de teloorgang van de VOC in 1799 kende de Atlas de Graaf een roerige geschiedenis. Zo werden in 1810 beide delen door de Fransen naar Parijs gebracht en duurde het tot na de definitieve val van Napoleon in 1815 voordat de atlas weer in Nederland was.De eerste wereldbol (globe)
Nog een belangrijk onderdeel van het enorme succes van de Nederlandse commerciële cartografie is de ontwikkeling van de wereldbol. Deze werden bedacht door Hondius en Blaeu rond de hoogtijdagen van de atlasproductie. Naast atlassen werden de wereldbollen een zeer populair item bij kaartmakers en verzamelaars. Zowel door hun originaliteit als door hun nauwkeurigheid en realiteitsgehalte.
Ondergang van de Nederlandse cartografie in de 18de eeuw
In de achttiende eeuw waren de Nederlanders niet meer zo avontuurlijk ingesteld. Uitgevers van kaarten durfden de oorspronkelijke werken niet aan te passen en gingen slechts door met het herdrukken van oude kaarten, wereldbollen en atlassen van bekende vroeg-zeventiende-eeuwse uitgevers.
Bronnen: dit blogartikel is voornamelijk gebaseerd op het artikel Gouden Eeuw, Girugten, volume 40, nummer 4, mei 2009. Girugten is het onafhankelijke faculteitsblad van de Faculteit der Ruimtelijke Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen, Nederland.